Welkom

Welkom op mijn weblog.
Hier vind je allereerst bevindingen (berichten) van mij tijdens mijn verblijf in Israel/Palestina; op de pagina Waarnemer in Yanoun, te beginnen op 13 november 2012
(zie: Blogarchief). Verder vind je teksten die ik voor kerk en maatschappij heb geschreven; korte op dezelfde genoemde pagina en wat langere op andere pagina´s.
Laat ajb weten of ze je boeien.


woensdag 25 september 2013

Vrede, gerechtigheid ?

Waar wordt er (nog) voor vrede gebeden? Waar wordt er voor gerechtigheid gepleit?
Waar wordt er geloofd dat het mogelijk is?
Het lijkt wel dat gewone mensen als ze met elkaar praten allemaal vinden dat je voor de vrede moet zijn, dat we toch geen medemensen in de kou mogen laten verkommeren, dat we allen mensen van goede wil zijn.
Maar echt blijk geven van daar in te geloven, waar zien we dat?
Ja, toch ook op vele plaatsen!?

Maar er zijn in deze tijd toch ook velen met aarzelingen op dit punt. De gevestigde instituten hebben tientallen jaren lang het sociale werk gedaan dat in een samenleving gedaan hoort te worden. De burger kon er op vertrouwen dat er namens hem en haar gezorgd werd voor goede samenhang in de maatschappij, dat er voor zorgbehoevenden gezorgd werd, dat er in het onderwijs goede opvoeding geboden werd, dat we -met beheer door de financiële instellingen- van ons surplus konden genieten. Kortom: we waren allemaal toch wel ergens bezig met de vooruitgang. Of we konden het met een gerust hart aan anderen overlaten.

We willen nog steeds geloven dat het kan, maar in deze dagen weten we niet meer zo goed of we de instituten nog altijd even goed kunnen vertrouwen. Want in plaats van verdere vooruitgang is er nu toch stagnatie, of zelfs achteruitgang. De financiële bedrijven, de productie-bedrijven, de overheden, de zorg-bedrijven, de kerk-fabrieken, waar zijn ze feitelijk mee bezig? Met toch minstens zelf in de running te blijven, met de crisis af te wenden, met gevolgen af te wentelen, op anderen; dat vooral, zo lijkt het toch.


Veel groepen mensen hebben het gevoel dat zij geen thuis (meer) kunnen vinden in onze samenleving, dat er geen zorg voor hen is als zij die nodig hebben en geen waardering als zij menen die te verdienen. Zij beleven de samenleving niet als ook van hen, waaraan ze beschutting kunnen ontlenen en waaraan ze kunnen meebouwen. Ze hebben veeleer het gevoel dat wat ze hadden dat dat afgenomen wordt, dat bestuurders op vele niveaus de gewone mens niet willen laten meedoen, meebouwen en mee er van gebruik maken.
Gelukkig zijn er kleinschalige, basisdemocratische organisaties die telkens opnieuw bij het begin beginnen, waar gewone mensen hun bijdrage kunnen inbrengen, waar ze kunnen meehelpen de samenleving op te bouwen, waar ze kunnen blijk geven van te geloven dat vrede mogelijk is, dat zorg dragen voor elkaar mogelijk is, dat ...

Niet: we moeten ons vooral beschermen tegen de misbruikers van onze verworvenheden; niet een uiteendrijven tussen goed en kwaad, rein en onrein. Maar: mensen samen laten ervaren dat je elkaar hoopvol kan beïnvloeden. Ieder mens heeft iets te bieden, juist om wie je bent, met je geschiedenis en met je ervaringen, je religieuze en seculiere gebruiken en overtuigingen.
We zíjn de samenleving, met alles wat we meedragen, met alles wat lukt en mislukt; wij zijn een samenleving met problemen, maar tegelijkertijd weten we steeds weer de creativiteit op te brengen om die problemen op te lossen en verbindingen tot stand te brengen, nieuwe verbindingen ook (religare, heet dat -religie).
Om een voorbeeld te noemen: voor vrede bidden, dat gebeurt in de kerk, als het goed is. Daar gelooft men er (nog steeds en voort-durend) in. Ook in de synagoge, en ook in de moskee bidden mensen voor vrede. Dan is het helemaal niet zo gek -toch!?- om dat bidden bij elkaar te brengen!
En pleiten voor gerechtigheid, dat doen we dan toch ook samen, met organisaties waar armen zelf het woord nemen en met organisaties waar vluchtelingen worden opgevangen.
Kortom: in de maatschappelijk-middenveld-organisaties (cultuur-, sport-, jeugd-, milieu-, ..., kerk -ja, die ook-) kunnen we opnieuw samenleven opbouwen.

We zíjn omgeven door mislukkingen, ja, maar óok door heel veel mensen die het goede doen, die zich inzetten en zich geven voor meer dan eigenbelang. Mensen van ongekende onschatbare liefde, mededogen, onbaatzuchtigheid, overal in onze wereld.
Ik hoef maar te denken aan die dakloze in het station van Antwerpen -een paar jaar geleden al weer- die zich ontfermde over twee kindjes die bij hem werden achtergelaten door ouders op zoek naar drugs. Plots haalde die bedelaar het nieuws en werd hij overladen met attenties. Het beetje bijeen gebedelde geld had hij nog weggegeven. Mensen werden geraakt door de liefde van die man, want plots gaat hen weer een licht op van die 'andere wereld.'. Niet die van de macht van de markt en de beurs. Niet de wereld van uitbuiting, corruptie, cynisme, vernedering, terreur en geweld . Dat is niet de enig mogelijke wereld.
We hebben nood aan visioenen van licht en vrede, liefde en gerechtigheid. Om van daaruit stukje bij beetje, dag na dag, een spoor te trekken van een andere, nieuwe wereld. Om een weerbare kracht te vormen.

We willen als christenen, als mensen die Gods tempel weer willen opbouwen, ons aansluiten bij die mensen van die tegenkracht. Dat al het goede in ons zich voegt bij alle solidariteit en trouw die mensen elkaar betonen, overal in deze wereld en dat de heropbouwbeweging gesterkt wordt door Gods kracht en spirit. 'Een andere wereld is mogelijk! Ja.' Het klinkt onmogelijk, maar het is het niet... Niet bij de God van de bijbel, de God van Jezus Christus. Hemel en aarde zullen vergaan, maar niet de Eeuwige -Hij die redt en bevrijdt en alles tot vervulling zal brengen-.
Dat mogen we geloven en daarom leven we met hoop en met liefdevolle, krachtdadige inzet. Dan zal de Mensenzoon komen op de wolken, opnieuw, vandaag

donderdag 19 september 2013

De Bijbel is een protestantse verzameling boeken

Wat zegt u? Verklaar u nader.
Het woord protestants betekent getuigend. Protestanten getuigen, van de -door hen begrepen- Bijbelse ´waarheid´.
Klinkt nog steeds behoorlijk aanmatigend.
In de protestantse traditie waar ik ben groot geworden, heb ik geleerd de Bijbel met open onderzoekende Geest te durven lezen. We aanvaarden modern onderzoek dat ons leert dat de Bijbel geen geschiedenisboek is, maar een boek met getuigenissen, van mensen over hoe God een rol speelt in hun leven. Ik hoor in het bijbels scheppingsverhaal dan ook niet een verhaal waarmee gezegd wil zijn: Als je ons geloof in God wil overnemen dan moet je ook geloven dat God de wereld in 7 dagen geschapen heeft.
Ik hoor in de bijbelse scheppingsverhalen een mij zeer wel aansprekend visioen, een getuigenis van: ´ja, om ons heen zien we veel wanorde, veel chaos, veel onrecht, máar, tóch, ook al lijkt het uit onze zogenaamd natuurlijke wan-orde níet voort te kunnen komen, tóch vertrouw ik er op dat een rechtvaardige ordening van deze wereld wél mogelijk is´. En dat vertrouwen komt niet voort uit wetenschap, het komt voort uit ..., ja, uit wat ik te horen krijg uit de bijbelse verhalen van mensen over God.
En zal die goede orde er niet in 7 dagen zijn, dan toch in 7x7 jaar ...!

Door dit visioen houd ik het vol om op een welbepaalde manier in het leven te (willen) staan.   

We noemen Jezus de Christus, de Messias, omdat we in de nieuwtestamentische geschriften herkennen en erkennen dat God zich in de mens Jezus openbaar gemaakt heeft (God overwint machten van de dood). Jezus is voor ons hét teken van hoop dat God het allerbeste vóor heeft met ons mensen, met deze wereld (uiteindelijk is het leven het sterkst).
Dat betekent dat wij aktief zoeken mee te werken aan de vól-making van Gods toekomst. En het betekent, b.v., dat ik vanuit die overtuiging waakzaam moet zijn dat niet een bepaalde wetenschappelijke visie gepresenteerd gaat worden als een absolute waarheid.
Ik vind dus dat ik vragen mag stellen bij de claim als zou de evolutietheorie hét absolute verklaringsmodel zijn. -Dat is dus iets anders dan zeggen dat geloof meer gelijk heeft dan wetenschap; het is enkel aanduiden dat wetenschap kritisch gevolgd mag/moet worden.

En ik mag aannemen dat ook vrijzinnigen en alle andere levensbeschouwers de praktijk van de evolutietheorie kritisch volgen en dat ook zij zien dat een rechtvaardige ordening niet als vanzelf, in een soort evolutie, uit de zgn natuurlijke orde zal voortkomen.
Het is aan iedere gelovige, aan ieder mens te ´protesteren´: tóch ...! 


vrijdag 6 september 2013

Weerbare spiritualiteit, temidden van verharding

Hoe komt het dat rechts-extreme ideeën aanvaardbaar worden voor de burger van het midden? Hoe bijbels is de wijze waarop populisten zich afzetten tegen de islam en de moslims en tegen migranten in het algemeen? 
Het wordt tijd een helder geluid te laten horen vanuit de kerken. 

Innerlijke onvrede en angst vormen het kapitaal van populisten. Terecht zijn mensen ontevreden over de trage en moeizame werken aan oplossingen van de problemen in de samenleving en het is zeker niet onlogisch om angstig te zijn over de toekomst van werkgelegenheid. Maar als we niet oppassen, zijn allochtonen al te snel de zondebokken bij alles wat in onze maatschappij niet soepel loopt.
Er zijn inderdaad in Europa en ook in Amerika en in Australië heel wat fundamentalistische moslims actief, op vele terreinen.
Maar waardoor voelt dat als zo bedreigend? Als fundamentalisme in andere tijden en op andere plaatsen sterk in beweging was, dan waren steeds andere mensen alert, waakzaam, zelfbewust, zelfzeker en sterk genoeg en weerbaar en overtuigd genoeg van gezamenlijke waarden om niet bang in een schulp te kruipen. Tegen de Ku Klux Klan bv, waren mensen in de VS weerbaar genoeg om ze in toom te houden. En dat zijn ze ook nu, mag ik toch hopen.

We mogen echter niet voorbijzien aan het feit dat -parallel aan fundamentalisme bij moslims- vanuit extreem-rechtse groeperingen de kansen worden aangegrepen om brave burgers van het midden te masseren, te strelen, kortom, warm te maken voor wat nu nog gezien wordt als extreme, maar aanvaardbaar-wordende ´oplossingen´.
Het griezelige van populistische bewegingen (stijl Dedecker)  en rechtse extremisten (stijl Vlaams Belang) is dat we niet precies weten welke kanalen zij uiteindelijk, als zij genoeg macht zouden krijgen, zouden aanwenden om de onvrede van het volk te laten wegvloeien. Blijft het bij scherpe debatten, dan is dat overkomelijk. Beloven zij het volk innerlijke vrede door de islam te verbieden en moslims te onderdrukken, dan zal dat niemand verlossen van innerlijke onvrede, integendeel: dan krijgt die onvrede nieuw voedsel en zou ze kunnen uitgroeien tot een gevaarlijke omvang. Zoals we al eerder hebben gezien in de geschiedenis.

In VolZin, oecumenisch opinieblad voor geloof en samenleving, werd gemeld: Dat christenen beter bij populisten als Wilders vandaan kunnen blijven, mocht van dominee Pieter van Kampen vorig jaar best vanaf de kansel gezegd worden. In het EO-radioprogramma ´Deze Week´ kwam hij te spreken over de jaren dertig van de vorige eeuw, toen Protestantse kerken openlijk de politieke opvattingen van de NSB veroordeelden. (Tegenhangers van de NSB in België waren toen het VNV, DeVlag en Rex.) “Ik vroeg me af of die maatschappelijke verantwoordelijkheid van kerken nu ook weer van toepassing is”, aldus Van Kampen.
Om zich uit te spreken, ziet hij twee argumenten op geestelijke grondslag: “Ten eerste staat er in de Bijbel dat je geen valse getuigenis mag afleggen over je naaste. Wilders komt met zijn uitspraken over moslims op de grens van het schenden van dat gebod. Ten tweede staat het uitsluiten van een grote groep mensen om te kunnen komen tot een éénvormige cultuur, voor mij haaks op de hele ethiek van het evangelie.”
Afgezien van Bijbelse argumenten hebben de kerken geen systematische analyse van het populisme waar Wilders (evenals Vlaamse verwanten; GB) succes mee oogst, zegt hoogleraar diaconie Herman Noordegraaf in VolZin. Die zouden ze wel moeten maken, vindt hij, en daarbij nagaan wie er vatbaar voor zijn, om ook die mensen te bereiken.
Hij geeft zelf alvast een voorzet: “Het populisme in de politiek kenmerkt zich door het simplificeren van problemen, en een wij-zij denken: wij tegen de islam en tegen de zogenoemd ´politiek-correcte kliek´ in Den Haag (en in Brussel; GB). Ook maakt het gebruik van zondebokken, in dit geval moslims. Het doet afbreuk aan de sociale samenhang en frustreert het democratisch debat door problemen neer te zetten in uitvergrote incidenten.” Met die problemen worden vooral de zorgen over de integratie bedoeld, en het gevoel dat mensen zich niet meer herkennen in de politiek en de samenleving. “Daar zal een adequate reactie op moeten komen, zonder de nuances te laten vallen. Een visie die de zorgen serieus neemt, maar stigmatisering van moslims afwijst.”
Het betekent naar mijn overtuiging, dat we dus zelf onze onzekerheid, onze aarzeling, ons gevoel over hoe zwak we klaarblijkelijk voor onze waarden stáan, zullen moeten overwinnen. Zoals gezegd wordt: angst is een slechte raadgever. Wat mij betreft: als ik mezelf niet zwak voel, voel ik me niet bang voor ontwrichters, maar kan ik ze tegemoet treden.
Degenen die alle christenen over éen kam scheren, over de kam bv. van die bisschop die de joden-uitroeiing kleineert, die doen de meerderheid van de christenen tekort. Degenen die alle gelovigen allemaal als éen pot nat betitelen, die doen ook zichzelf tekort. Degenen die het verkeerde van de mens, zoals zichtbaar bv bij de fascisten, zien als -toch iedere keer weer- de sterkste beweging, die doen ook zichzelf tekort, vind ik. Want: ik denk dat er een sterkere Kracht is, uiteindelijk, die het goede van de mens bewaart.
Kortom, het is steeds in nieuwe tijden, in nieuwe verhoudingen een opdracht om je als mens niet te laten uitspelen tegen een ander mens. Laat je niet door de angst in de verkeerde denkwijze trekken/duwen.
Blijf sterk, blijf weerbaar, dan blijf je vrij om te beoordelen wie je als gematigde bondgenoot naast je kan toelaten, en voor wie jijzelf de gematigde bondgenoot kan zijn!
Wat mij betreft: ik schrik wel, maar ik voel me niet zwak, want ik denk dat er voldoende gematigde mensen zijn, waaronder ook moslims, die ons (christenen, vrijzinnigen en andere mensen van goede wil) goed kunnen gebruiken in een nieuw bondgenootschap tegen de hedendaagse fundamentalisten (w.o. dus moslims, vlamingen en nederlanders).
Wat we als kerken in elk geval moeten blijven doen, is hulp bieden aan mensen om hun eigen weerbare spiritualiteit op te bouwen en te verstevigen.

Etty Hillesum, de jonge joodse vrouw die dagboeken en brieven uit de oorlogsjaren ’42 en ’43 naliet waarin ze een mystiek ontwikkelingsproces beschrijft, was in vele opzichten een markante voorloopster van wat nu zo´n nieuwe spiritualiteit genoemd kan worden. Ze bekommerde zich niet om godsdienstige dogma’s, las in spirituele boeken en oogstte eruit wat haar aansprak, ze mediteerde elke ochtend, en ze zocht en vond ‘een voelbare, levende, steeds in beweging zijnde bron’ in haar eigen binnenste. Hoe vond ze die? Door de oude pijn, trauma’s en frustraties, de gaten en de wonden in zichzelf ‘tot klaarheid te brengen’, zoals ze het zelf noemde.

(gepubliceerd in kerkblad Mechelen, 2012)

maandag 2 september 2013

Recht van bestaan

Voor en na mijn ervaringen in Israel en de Palestijnse gebieden wil ik genuanceerd blijven denken en kijken naar beide bevolkingsgroepen die daar recht van bestaan claimen. Ik denk dat me dat lukt.
Lang geleden ben ik vrijwilliger geweest in een Israelische kibbutz en het was mede door mijn Nederlandse, christelijke achtergrond dat ik geleerd had verbondenheid te voelen met het volk Israel; het volk van wie we door hun heilige geschrift hebben kennis gemaakt met hun God en waardoor we als christenen via de specifieke joodse Godszoon Jezus die God ook als voor-ons hebben aanvaard (niet als god van ons, maar God voor ons).
Dit jaar ben ik waarnemer geweest in de Westbank en ik heb daar onder anderen kennis gemaakt met mede-christenen in Nablus (Sichem) en Betlehem en Jericho en Jerusalem. Ook heb ik kennis genomen van de oproep van gezamenlijke kerken daar aan mede-gelovigen in Europa en Amerika en de rest van de wereld, om samen te bezien of het wel bijbels te verantwoorden is dat de staat Israel met geweld grondgebied bezet houdt, Palestijnen daarvan verdrijft en slechts voor Israelische, joodse burgers in bezit en gebruik geeft. Mijn mede-christenen vragen aan mij te bezien of het wel klopt dat ik met de bijbel in de hand deze verdrukking kan verantwoorden. Zij, de mede-christenen met wie ik me verbonden weet, vragen dus eigenlijk of ik een juist godsbeeld heb aangenomen van het volk van de traditie waarmee ik me ook verbonden acht. Klopt het dat de God die ik heb leren kennen een God is die verdrukking toelaat?

Dit zou een spagaat lijken. Er zijn christenen die zich samen met sommige (hoe-vele?) joodse bijbeluitleggers hier uit redeneren met de bewering dat God dit land, dit welbepaalde afgebakende grondgebied, aan 12 specifieke stammen beloofd heeft, ooit. Dit is wat zij in de bijbelse teksten lezen, zo zeggen ze. En het feit dat het daar staat, is afdoende argument voor hen. De vraag of dit in de praktijk onderdrukking van andere medemensen betekent, wordt hier buiten beschouwing gelaten, zo is mijn indruk.

Ik wil hier een ervaring inbrengen van mijzelf, van wat ik begin dit jaar gezien heb toen ik in Jerusalem was. Een ervaring van bedroevende ellende van joodse Israelies. Als ik op een vrijdagavond (sabbath) kijk naar de joodse bevolking die naar de synagoge snelt, dan valt mij op hoeveel -vooral ook jonge- mensen er armoedig uitzien, bleek en mager. En mijn indruk is dat ze niet blij zijn, noch vrolijk. De kleding die ze dragen, waarmee ze laten zien bij welke religieuze stroming ze horen, is veelal zwart, maar ook oud, afgedragen. Voor mannen en voor vrouwen en voor kinderen.  Beter kunnen ze zich kennelijk niet meer permitteren.
Intern in Israel blijken er steeds meer mensen die vanwege de kritische economische situatie mopperen op hun regering dat er zoveel van de staatsbegroting naar de bezetting gaat. Want tegelijkertijd groeit in Israel de werkloosheid en de armoede. 
Een ander klein, maar wel kenmerkend voorbeeld: Nabij het dorp Yanoun waar wij als internationale waarnemers gestationeerd zijn, op de weg die pas weer door een accoord werd open verklaard, wordt met stenen naar passerende auto´s gegooid, door kinderen van het settlement, met hun ouders op de achtergrond. En de Israelische militairen, die in dit gebied de orde-handhavende taak hebben, grijpen niet in, zo vertelt het opvolgende EAPPI-team mij; zij zijn getuigen. Met welk mensbeeld groeien deze kinderen op, zo kunnen we ons afvragen.
Als ik al de slachtoffers zie, angst bij Palestijnse dorpsbewoners die dagelijks lastig gevallen worden door brutale ´gewone´ burgers die boven op de berg een illegale nederzetting bevolken en angst in de ogen van Israelische moeders die van extreme rabbi´s te horen krijgen dat ze als uitverkoren volk logischerwijs confrontatie van vijanden moeten verwachten, dan hou ik mijn hart vast.

Het zijn de mensen-daar van wie ik de vraag om anders te kijken duidelijk  te horen heb gekregen. Het is vanwege de vraag van Palestijnse christenen dat ik ben gegaan om aan het EAPPI-programma mee te doen. En het is door daar aanwezig te zijn dat ik dezelfde vraag ook heb horen klinken van Israelische joden en van Palestijnse moslims. Het zijn christenen die van hun mede-christenen vragen de bijbel anders te willen verstaan. ´Wij vragen van onze zusterkerken om de zonde van de bezetting niet te voorzien van een theologische dekmantel. Help de twee volken hier om gerechtigheid, vrede, veiligheid en liefde te realiseren´ (Kairos-document 2009).  Het zijn joodse burgers die van hun wereldwijde volksgenoten vragen de staat Israel te helpen om democratie echt in praktijk te brengen (iedereen gelijke rechten). Het zijn moslim-burgers die aan hun leiders vragen om te zorgen dat eenieder in waardigheid kan samen-leven.

Het is echt hoog tijd om anders te gaan denken, en nog steeds genuanceerd, want hoe lang nog zal het duren vóor het mensbeeld en het wereldbeeld (en het daarmee samenhangend Godsbeeld) weer enigszins hersteld zijn.
Ik heb meerdere mensen horen zeggen: vroeger konden we ook naast elkaar leven, als moslims, christenen en joden in hetzelfde dorp, in dezelfde stad, in dezelfde landstreek. We willen gewoon in vrede onze kinderen groot brengen, net als andere mensen op de wereld.
   ( In Mosaïque, sept. 2013; Franstalig maandblad in de VPKB)