Welkom

Welkom op mijn weblog.
Hier vind je allereerst bevindingen (berichten) van mij tijdens mijn verblijf in Israel/Palestina; op de pagina Waarnemer in Yanoun, te beginnen op 13 november 2012
(zie: Blogarchief). Verder vind je teksten die ik voor kerk en maatschappij heb geschreven; korte op dezelfde genoemde pagina en wat langere op andere pagina´s.
Laat ajb weten of ze je boeien.


woensdag 21 september 2016

Verbonden met Israel

Israel en kerk
De eerste zondag van oktober is in de kerk, zo lang ik weet, Israëlzondag; naast dat we Israël elke zondag tegen komen in de liturgie. In het besef dat zowel joden als christenen hun eenheid vinden in de God van Israël.
Ik acht het zinvol, als een vorm van permanente educatie, om middels een speciale zondag ons als christelijke gemeente wakker te houden en te bepalen bij de Joodse wortels van het christelijk geloof en de relatie met het levende Jodendom.

In 1949, net na de Tweede Wereldoorlog en de vestiging van de staat Israël, stelde de hervormde synode een jaarlijkse Israëlzondag vast. Het werd de eerste zondag in oktober. In  die periode vallen de grote feesten in het Jodendom: Rosj Hasjana (Nieuwjaarsdag), Jom Kippoer (Grote Verzoendag), Soekot (Loofhuttenfeest).
Er zijn drie motieven voor zo’n aparte markering in het kerkelijk jaar: gestalte geven aan de verbondenheid met het volk Israël, bezinning op de relatie Kerk en Israël, en gebed voor het volk Israël.

Velen, buiten en binnen de kerken, denken heden ten dage bij Israël niet alleen of in eerste instantie aan de relatie met het volk Israël, maar aan de staat en aan het conflict tussen Israel en de Arabische buurlanden. Het conflict breekt door alles heen. Bidden voor het volk Israël kun je niet meer los zien van bidden voor Palestijnen in de door de staat Israel bezette gebieden. Hoe doe je dat? De roeping tot het gestalte geven aan in de Protestantse kerk zogenoemde ´onopgeefbare verbondenheid met het volk Israël´ gaat samen op met de diaconale roeping en de roeping tot oecumenische verbondenheid met christenen wereldwijd, inclusief Palestijnse christenen.

Ook al kunnen deze roepingen botsen en schuren, de Protestantse Kerk kan geen van deze roepingen veronachtzamen. In de beleidsnota over het Israëlisch-Palestijnse conflict uit 2008 wordt nog eens verwoord dat de keuze voor het woord onopgeefbaar ‘verstaan dient te worden tegen de achtergrond van een eeuwenlange geschiedenis waarin de kerk zich sterk had vervreemd van haar wortels in het volk Israël, met alle voor Israël – en op een andere manier voor de kerk – desastreuze gevolgen’. Met andere woorden: in de kerk is theologische herbezinning een permanente must. In de eerste plaats om niet weer te vervallen in bijbelverstaan waarmee anti-semitisme (weer) gerechtvaardigd zou kunnen worden. En in de tweede plaats, daartoe geroepen door mede-christenen in Palestina, om niet illegale bezetting en schending van mensenrechten bijbels recht te praten.

Deze van twee kanten nodige bezinning brengt ons verlegenheid, waar we doorheen zullen moeten.
In de eerste plaats is er het besef, meestal onuitgesproken, met Israël dezelfde God te aanbidden. De God van Abraham, Isaak en Jakob is dezelfde als de Vader van Jezus Christus -de Zoon van David-. Israël is in de liturgie een vanzelfsprekende aanwezigheid in onze aanbidding van God. De liturgie is in al zijn facetten de aanbidding van Israëls God. Dat is niet zozeer een kwestie van meer aandacht maar van gelovig bewustzijn.
In de tweede plaats delen wij de Schriften met Israel. Het is daarom van belang ervoor zorg te dragen dat in elke eredienst die Schrift wordt gelezen. De gangbare leesroosters voorzien voor iedere zondag in lezingen uit het Eerste Testament. Die lezen wij en horen we nadrukkelijk als basis voor de verkondiging van het evangelie en de liedkeuze (waarin minimaal een psalm). Het nieuwe Liedboek neemt uitdrukkelijk de psalmen, de liturgie van Israël, op.
En ten derde is dus de vraag, van ons als christenen aan onszelf, en van Israel aan ons en van ons aan Israel: hoe lezen we, hoe verstaan we de -gezamenlijke- Schrift, de TeNaCh, het Eerste Testament?

 Samen met joden, in Antwerpen, in Amsterdam, in Berlijn, in New York, in Jerusalem, putten we uit dezelfde bronnen, leven we vanuit dezelfde woorden. Mét alle weerbarstigheid kunnen we keer op keer leren en beleven dat de God van Israël een God van compassie en recht is, voor alle mensen.
    (Met dank aan de landelijke werkgroep Kerk & Israel.)

Antisemitisme
Stel dat je vrienden de ´Protocollen van de wijzen van Zion´ hebben gelezen, samen met alle verhalen van middeleeuwse bloedsmaad, en dat zij elk woord geloven.
Je kunt protesteren- maar ze lezen het op het internet, in The Guardian en de Electronic Intifada, dus het moet waar zijn! Als je probeert uit te leggen dat de joden niet de banken en de media aansturen, noch dat zij achter 9/11 zaten, noch dat zij ISIS beheren, noch kinderen vermoorden (of hun organen stelen), jou wordt verteld dat je dit natuurlijk graag wil geloven over die verraderlijke mensen, maar je vriend weet het t best – en meer dan dat, jij probeert vrijheid van meningsuiting te verstikken.

Vervolgens wordt je getrakteerd op een discussie over hoe je vriend, in goede geweten moet opstaan en vrijmoedig zich moet uitspreken tegen de moord op kinderen en alle andere kwalen waarvan de protocollen (oude en nieuwe) de joden beschuldigen, omdat kinderen vermoorden verkeerd is, genocide verkeerd is, apartheid verkeerd is en wereldheerschappij proberen te krijgen ook te betreuren is.

Is er dan toch wel iets te zeggen dat hen ervan kan overtuigen dat ´de´ joden niet al deze verschrikkelijke dingen doen.

Hoe kennis maken met Israel en Israels God?
In ons dorp, waar ik ben grootgebracht, in de jaren 50, was een joods gezin; de man was onze slager, hij slachtte onze koe. Hij was een dorpeling als ieder ander, behalve dat hij een nakomeling was (in de diaspora) van het volk van die mooie bijbelse verhalen van de zondagsschool, over Jozef, David e.m. Spannend ! En overlevende (besefte ik later) van de uitroeingsstrategie van de nazi´s. En zo raakte ik geboeid door verhalen van Anne Frank en Etty Hillesum en ontdekte ik mooie literatuur van joodse schrijvers, zoals Chaim Potok en I B Singer. Waarin een mooie mengeling van joodse orthodoxie, weemoed, melancholie, vrolijkheid, humor; in Berlijn en New York, b.v. En muziek met dezelfde sfeer, kletzmer. Een mooie verfilming van het verhaal van Yentl ook; waarin de dochter van de rabbi van haar vader wel theologie mocht studeren, tegen de traditie in, maar met de gordijnen van de kamer dicht (want God mocht het wel zien, maar de buren niet). Het ademt gesprek, discussie, alle mogelijkheid om niet in dogma´s vast te gaan zitten (zo leek het), zelfkritisch. Ja, niet zo saai als mijn protestantse kerk op dat moment.

En wat was het een mooie kans om, weer wat later, naar het land Israel te gaan en daar als vrijwilliger in de kibbutz te ondergaan hoe het is om te leven in de ideaal-samenleving ´waar men alles gemeenschappelijk had´. ´Shalom´ als begroeting, waar ik ´moi´ gewend was (met ook, bij het weggaan, ´ajuu´; waarvan ik pas veel later begreep dat dat een verbastering was van ´a dieu´, ga ´met God´).
En dan ook nog hevig verliefd worden op een Israelisch meisje. En dan gaandeweg ontdekken dat in het jodendom ook diverse stromingen zich ontwikkeld hebben, net als in het christendom, met uitersten die niet meer met elkaar in gesprek zijn. En dan vervolgens bewuster en nadrukkelijk op zoek gaan naar die joodse achtergrond van Jezus. En zo ontdekken dat het zogenoemd Nieuwe Testament het Oude niet overbodig maakt, integendeel. Jezus en Paulus leven een specifiek joods geloof. De God over wie in de TeNaCh verteld wordt, daarover getuigt men dat het die God is die het volk uit de slavernij bevrijd heeft. Zo heeft het volk vervolgens, meerdere keren, het vertrouwen gekregen dat met die God bevrijding uit de machten van de dood mogelijk is; als ze zich maar (weer) op diens 10 aanwijzingen richten.

Via Jezus en Paulus m.n. kunnen ook niet-joden (gojim = uit ´de volken´ =´heidenen´) deze God voor hun leven van betekenis verklaren. Machten van de dood, on-geesten, kunnen met deze God overwonnen worden. En dat is wat ik vervolgens herken in de denkwijzen van christelijke theologen als Bonhoeffer en Miskotte en Veerkamp.

Israel heeft (me) een God leren kennen die geen god, of afgod, of on-geest, wil zijn; die daar niets mee te maken wil hebben (en die Abraham wegroept van de godenwereld van zijn vaderstam) en juist zo als een goede God functioneert, gericht op een toekomst van vrede en recht.
Zelfkritisch-zijn zit dus ook in deze traditie verweven. En het is dus vanwege de hedendaagse on-geesten die her en der de kop opsteken (terrorisme, racisme, anti-semitisme, islamofobie, fascisme, ...) dat we ons opnieuw zullen moeten bezinnen. Wat kunnen we (joden, christenen, moslims en andere mensen van goede wil) leren door de geschriften te lezen vanuit de vraag: welke aanwijzingen voor bevrijding worden ons aangereikt?
-Een dringende oproep daartoe hoor ik o.a. bij Palestijnse christenen, die te maken hebben met Israelische bezetters die hun onderdrukkende praktijk legitimeren met de bijbel in de hand (met hun interpretatie). En tot mijn verrassing reageren evangelicals (een christelijke stroming met een traditionele bijbelleeswijze) in ´Christ at the checkpoint´ in Betlehem, heel welwillend op deze oproep.

Intrigerend is ook dit: Op 7 en 8 november a.s. vindt in Utrecht een internationaal symposium plaats: Symposium Jezus en Paulus - joodse hervormers Jezus en Paulus: joodse broeders - joodse hervormers. Het is dit thema waarvoor Kerk & Israël uitgebreid aandacht vraagt.
Ik ben benieuwd naar de uitkomsten daarvan.
(Gepubliceerd in de najaarseditie 2016 van KiM, Kerk in het midden, Nieuws van de Nieuwe Kerk, Middelburg. jrg 6, nr. 13.)